Victory Outreach wil door de duivel geketenden
redden: junks, heroïnehoertjes, maar ook homoseksuelen. Nederland is
uitgeroepen tot uitvalsbasis voor de invasie van Europa. Intussen loopt een
burenruzie uit op een juridisch steekspel.
Door
Edwin Oden en Milja de Zwart
EEN EXPLOSIE VAN KABAAL MAAKT OP zondagochtend 28 mei om
kwart over zes een einde aan een heilig voornemen van de bejaarde mevrouw Van
Dongen. Altijd heeft ze volgehouden dat ze haar het huis aan de statige
Heemraadssingel in Rotterdam zullen moeten ‘uitdragen’. Ook inbrekers en
tasjesrovers hebben haar daar niet van af kunnen brengen. De nieuwe buren wel.
Ze stommelen over trappen, schuiven met meubilair, roepen naar elkaar, barsten
los in gezang en hysterische boetepreken. Mevrouw Van Dongen probeert al
maanden te achterhalen wie er naast haar zijn komen wonen, maar de huisbaas
reageert niet op haar briefjes. Een nerveuze woede maakt zich op die vroege
zondagochtend van haar meester. Ze voelt zich bedrogen, stapt uit bed en
schrijft een brief aan de burgemeester. 'Het bewuste pand is verhuurd aan Victory Outreach, een soort
jubelkerk, die ook veel aan opvang van afgekickte junks doet, schrijft die haar
enkele weken later terug. Maar dan zijn mevrouw Van Dongen en de andere
buurtbewoners er al achter dat Victory Outreach hier een van hun 'homes' heeft gevestigd,
herstelcentra waarin verslaafde mannen en vrouwen een programma doorlopen dat
hen weer op het rechte pad moet brengen.
JAN VAN VLIET UIT AMSTERDAM HAD AL EEN PAAR MAANDEN HET idee
dat zijn vijftienjarige zoon anders deed. Maar toen Patrick op een dag vroeg of
er ook een bijbel in huis was, wist hij zeker dat zijn zoon niet meer de oude
was. "Patrick is nóóit bezig geweest met
religie', vertelt Van Vliet. "Maar opeens ging hij met een stel vrienden
een paar keer per week naar een of andere kerk en was hij vol van God en de
bijbel.” Via een foldertje met daarop een uitnodiging voor een popconcert bleek
Patrick van Vliet bij Victory Outreach
te zijn terechtgekomen. Zijn vader: "Ze worden gelokt met leuke muziek en
dansbijeenkomsten, en daarna worden ze overstelpt met bijbelse
teksten." Van Vliet wil waarschuwen. "Pubers zijn nogal
beïnvloedbaar, en daar maakt Victory Outreach handig gebruik van. Mijn zoon begon in de ban te
raken. Het is een soort hersenspoeling. Omdat hij zo vaak moest komen, kreeg Victory Outreach greep op
hem. Er werd voortdurend op
hem ingepraat, Ik kon geen normaal gesprek meer met hem voeren. Ze hadden hem
gezegd dat mensen die kritische vragen stellen, zoals ik, slechte mensen zijn.
Patrick wendde zich van de kerk af, nadat zijn vader hem kritische internetartikelen over Victory Outreach had laten lezen.
Maar Patricks vrienden bleven bij de kerk.
"Tegen één jongen hebben kerkgangers urenlang staan schreeuwen om
zogenaamd de duivel uit te drijven', vertelt Van Vliet. "Een ander mag
geen tv meer kijken en geen kranten lezen, omdat hij dan niet trouw zou zijn
aan God. Tegen iedereen die hij ontmoet, zegt die jongen nu: 'God zegen u.' Hij
lijkt wel een robot.
HET IS HALFZES
'S OCHTENDS, MAAR IN het mannenhome van Victory Outreach brandt al licht. Leider Sergio
Allauca zit achter de computer. "Hier is altijd
wat te doen', verklaart hij. "De een moet naar de dokter, de ander heeft
problemen met de deurwaarder, de derde moet langs de sociale dienst." Allauca praat vaderlijk over zijn discipelen: junks die
hier zonder drugs maar met de bijbel in de hand bidden dat God hun zondige
natuur 'breekt' en als mens weer 'opricht'. Vier uur later, na het gebed, de bijbelstudie en het corvee, hebben dertig broodnuchtere
mannen het is vastendag vandaag zich verzameld in de achterkamer van het
honderd jaar oude pand. Ze zingen gospels, spreiden hun armen en heffen hun
handpalmen ten hemel als teken van overgave. Broeder Sergio
monstert het gezelschap dat 'in de wereld nooit onder één dak zou kunnen
verblijven zonder dat er bloed zou vloeid. Het zijn
zware jongens geweest, de meesten hebben een strafblad. Maar in dit Hospitaal
van de Heilige Geest gaan ze gedwee op de knieën voor God. Allauca
gaat voor. Alle journalistieke vragen die hem die ochtend zijn gesteld, klinken
in zijn preek door. "Hoe doen jullie dat, met al die moeilijke mannen
onder één dak? Hoe kan een junkie voorganger worden? I don’t know. Halleluja, Hij
doet het, roept hij en wijst naar boven. "Als de heilige geest niet in het
home is, kun je er van alles over op papier zetten, maar dan blijft het een
opvangprogramma als alle andere. Zelfcontrole, leiderschap, begint hier. Het is
een gift van de heilige geest. Je moet er doorheen gaan door gebed en vasten,
en door te leven volgens de bijbel. Er is geen therapie. Geen medicijn. Only the Lord. Wij zijn liever verslaafd aan
Jezus dan aan bruin en wit."
Dan daagt Allauca de bewoners uit
de wereld in te trekken, kerken te stichten of homes te openen. Hij wijst een
van de broeders aan. "Jij kunt de volgende zijn die een home gaat openen.
Rotterdam, hou je vast. Dit is nog maar het begin!” Een paar uur later maken 27
broeders een ronde langs de Pauluskerk en het
Centraal Station om te getuigen. Ze slierten achter Allauca
aan. Ze zingen. "Toen ik in de put zat, trok hij mij eruit, ik ben zo
blij, want Jezus redde mij." De optocht trekt veel bekijks. Een
voorbijganger roept: "O nee, geen Jezus vandaag!"
Maar de meesten zijn nieuwsgierig en pakken de foldertjes
over de kerk van Victory Outreach
aan. "Kom gauw eens langs!"
NIEMAND SLUIPT BIJ VICTORY Outreach
ongemerkt de kerkzaal binnen. Bij de deur geven de kerkgangers elkaar een hand,
kijken elkaar diep in de ogen en zeggen: "God zegen je.' Een band speelt,
de gemeenteleden dansen heupwiegend op de swingende tonen en laten zich
meevoeren in aanbidding. Vooral de ex-verslaafden die vooraan staan, zingen de
gospels vol overgave mee. Higher, higher, higher, lift Jesus higher, lower, lower, lower, stamp
Satan lower." Dan begint de gebedsdienst en gaat het
licht uit. Uit luidsprekers komt zachte muziek De kerkleden beginnen door
elkaar te lopen. Sommigen staan met hun hoofd tegen de muur. Anderen ijsberen
of zitten op hun knieën bij het podium voorin het zaaltje. Een vrouw heeft haar
hoofd op een stoelzitting gelegd; ze huilt en bidt. Her en der klinkt
gebrabbel: een voor leken onverstaanbare taal waarin iedereen zijn eigen
uitgebreide gesprek met de Heer voert. Zo heel af en toe is er iets te verstaan
van het geprevel: 'O Heer, gebruik mij om andere mensen te bereiken.
De vrouw van de pastor spreekt gedecideerd en met een
glimlach. "God is mijn grote liefde. Hij is mijn absolute nummer één. Na
God komt pas je gezin, dan de bediening en als laatste je baan. Onze God is een
jaloerse God. Hij wil de eerste liefde in je leven zijn.' In de tot kerkzaal
getransformeerde aula van een Rotterdamse middelbare school gaat haar man voor
in gebed. Hij prijst en dankt de Heer, vraagt hulp en schreeuwt dan: "De Here bestraffe de duivel! God
verbreekt jouw ketenen! Maakt je vrij van de drugs! Van de prostitutie! Van de
homofilie! Wij binden de strijd aan met de vijand in de naam van Jezus!'
Een paar dagen later, in zijn kantoor, leggen pastor Jerry Mendeszoon en zijn vrouw Xannelou
uit wat hen drijft. Hun missie is iedereen het reddende woord van God brengen,
en vooral aan diegenen die door de duivel zijn geketend: junks, heroïne-hoertjes, maar ook homoseksuelen. De pastor wrijft
over zijn bijbekaft en zegt: 'Dit boek geeft antwoord
op alle vragen. We volgen het blindelings. En de bijbel is duidelijk over
homofilie. God schiep Adam en Eve, niet Adam en Steve.' Voordat de Mendeszoons
God en daarna elkaar vonden in de Amsterdamse kerk van Victory
Outreach, handelde Xannelou
in drugs en hosselde Jerry voor crack, heoïne,
methadon en pillen. Ze trouwden, want seks zonder huwelijk is zondig, en in
1994 stuurde de Amsterdamse voorganger Joftey Leito hen naar Rotterdam. Als levend bewijs dat hopeloze
gevallen niet bestaan, trok het echtpaar ten strijde tegen methoden van de
reguliere verslavingszorg en dominee Hans Visser van de Rotterdamse Pauluskerk, waarbij verslaving wordt geaccepteerd als feit.
Xannelou Mendeszoon:
"Dat is géén methode. Die maakt mensen niet
vrij. Is dat mensen helpen?' Haar man: "Ik respecteer dominee Visser, maar
onze visies staan haaks op elkaar."
"GA HEEN,
DOOP ZE EN MAAK DISCIPELEN VAN zè', is de bijbelse opdracht die alle voorgangers van Victory Outreach krijgen bij hun
inzegening in Amerika. Daar, in Los Angeles, zetelt de moederkerk. Veertig jaar
geleden was de stamvader van deze All junkie Church
zelf verslaafd. Nu reist de 61-jarige Sonny Arguinzoni
de wereld rond om het werkterrein van Victory Outreach International steeds verder uit te breiden en
draagt hij een pak, een stropdas en een Rolex. Xannelou
Mendeszoon gunt het hem van harte, net als de BMW met
navigatiesysteem. "Mag hij? Die man heeft zich zo hard voor ons ingezet!
Die Rolex en die BMW hebben alle voorgangers hem cadeau gegeven.'
Begin jaren zestig ontworstelde Arguinzoni
zich aan zijn junkiebestaan door zich te bekeren en stelde hij zijn leven in
dienst van de Heer. Hij nam verslaafden mee naar huis, waar ze te midden van
zijn gezin cold turky maar
met hulp van de Heer, afkickten. Arguinzoni was arm,
maar God verrichtte wonderen. Zoals op die dag, toen het restje pannenkoekenmix
dat nog in huis was, bleef rijzen en rijzen, totdat ieders maag gevuld was. Een
'knipoog van God' noemen Arguinzoni's volgelingen
deze miniwonderen.
In 1967 richtte Arguinzoni een
kerk op om al die bekeerde junks, hoeren en criminelen een plek te geven, te
scholen en eropuit te sturen om het werk voort te zetten. Victory
Outreach zegt een familie, een leger en een
corporatie te zijn. De zorgzame huisgroepen geven de kerkleden het gevoel één
grote familie te zijn. De Soldaten Gods trekken de binnensteden, de
hoerenbuurten en de tippelzones in met foldertjes en pannen soep om te
evangeliseren De corporatie bestaat inmiddels uit zeshonderd kerken in alle
werelddelen met in
totaal zestigduizend eden. In Amerika is Arguinzoni's
werk een begrip. Zelfs de presidenten George Bush en Bill Clinton hebben zich
er lovend over uitgelaten. Toch Victory Outreach is niet onomstreden. “lk
zou niemand willen aanraden om lid te worden van Victory
Outreach, zegt Rick Ross, bekend door zijn onderzoek
naar twijfelachtige religieuze organisaties, dat hij via zijn website
publiceert. "Veel verslaafden zoeken wanhopig naar een strohalm om zich
aan vast te klampen. Als Victory Outreach
dan langs komt, stappen ze erin zonder het nodige vooronderzoek te doen. Ik wil
ze waarschuwen: weet waarin je terechtkomt. Ik krijg elke maand wel een klacht
over die club binnen. Mensen klagen over het extreem autoritaire leiderschap.
Wie kritiek heeft op wat in de kerk wordt gezegd, krijgt het verwijt dat hij
God in de steek laat en zijn redding misloopt.
Ross vindt Victory Outreach een ondoorzichtige organisatie. "Veel
religieuze organisaties geven opening van zaken over hun inkomsten en uitgaven,
maar Victory Outreach doet
dat niet. Het is een soort evangelisatie keizerrijk met aan het hoofd Sonny Arguinzoni. Er is geen onafhankelijk bestuur waaraan hij
verantwoording moet afleggen. Het is ook onduidelijk wat de regels zijn. Ik heb
Victory Outreach officieel
om de reglementen gevraagd, maar geen antwoord gekregen. Ook vragen mensen die
veel geld in Victory Outreach
hebben gestoken zich af waar dat is gebleven. Ook heb ik gehoord dat Sonny Arguinzoni een luxeleven leidt. Ik vind het maar
merkwaardig.' "Ross is verkeerd geïnformeerd', zegt pastor Mendeszoon. "Arguinzoni valt
wel degelijk onder een onafhankelijk bestuur en hij leidt helemaal geen
luxeleven. Bovendien haalt Ross de kerk en de homes door elkaar. Het sterke
leiderschap is meer iets van de homes omdat je daar een disciplinaire structuur
nodig hebt. De kerk heeft veeleer een familiecultuur.' Via de website van Ross
publiceerde Peter Belaustegui enkele jaren geleden
zijn ontslagbrief als pastor van Victory Outreach in de Amerikaanse staat Oregon.
Na elf jaar kon hij zich niet langer verenigen met de autoritaire leiders van
de kerk en trad uit. Ze manipuleren, controleren en misbruiken, schreef Belaustegui. Anders dan in Amerika weet in Nederland bijna
niemand van het bestaan van Victory Outreach. Toch riep oprichter Arguinzoni
al begin jaren tachtig Nederland uit tot uitvalsbasis voor de 'invasie van
Europa. Arguinzoni verwachtte hier 'een land van
blonde meisjes met paardenstaarten, in klederdracht en op klompen’ aan te
treffen. Maar zijn bezoek aan de Amsterdamse hoerenbuurt was een schokkend
bewijs van 'hetgeen Satan in dit land had aangericht'. Het begon met vallen en
opstaan, maar halverwege de jaren negentig kreeg Victory
Outreach Nederland de wind in de zeilen. Inmiddels
zijn er kerken in de vier grote steden en in Arnhem, Lelystad, Almere en Den
Helder, en vliegen Nederlandse discipelen al weer uit naar andere landen in
Europa om daar vrome werken te verrichten.
Victory Outreach Nederland heeft nu twaalflhonderd
volgelingen en een handvol homes. Groningen, Maastricht en Tilburg staan op het
lijstje uitbreidingsplannen en onlangs heeft Victory Outreach International Rotterdam aangewezen als
vestigingsplaats voor een wereldwijd jeugdtrainingscentrum. De snelle groei van
Victory Outreach Nederland
heeft zich in stilte voltrokken. De contacten met de buitenwereld zijn zo
beperkt dat de organisatie zelfs in het circuit van de verslavingszorg een
grote onbekende is. Victory Outreach
stelt zijn eigen regels en bedruipt zichzelf.
HET IS ZATERDAGAVOND, DE KERK VAN Victory
Outreach puilt uit. Het is IH[Powerful Praist Night. Een band met verwante zielen uit
Nigeria zet een jazzy ritme in. "Genieten jullie hiervan?' vraagt de
voorganger. "Nu is het tijd om de Heer te prijzen met onze financiën. Je
hoeft niet bang te zijn dat je te veel geeft en met te weinig weggaat. Hij zal
je zegenen." Er komt een mandje waarin de kerkgangers hun donatie doen.
Briefjes van 25 knisperen. Victory Outreach is geen rijke kerk, zeggen de pastors. Inzicht in
de boeken geven ze niet. Alleen Victory Outreach Rotterdam, dat het werk professioneler wil
aanpakken en uit is op samenwerking met justitie, politie, de reclassering en
de reguliere verslavingszorg, werkt aan een jaarverslag dat openbaar gemaakt
wordt.
De inkomstenbronnen van de kerk en de homes van Victory Outreach zijn wel bekend.
Leeden van de kerk worden, conform de letterlijke teksr in de bijbel, aangespoord om een tiende van hun
inkomen te offeren. De opmars van de kerk en speciale projecten, zoals
opvanghuizen voor zwerfkinderen, worden gefinancierd uit het fonds United We Can, dat Arguinzoni oprichtte
nadat God hem dit had ingegeven. In ruil voor leen speldje dragen leden een
dollar per dag af, in Nederland veertig of vijftig gulden per maand. Geld
storten is niet verplicht, maar wordt wel verwacht, aldus de uitgetreden
Amerikaanse pastor Peter Belaustegui. "Arguinzoni vindt dat er iets mis met je is, als je niet een
dollar per dag kunt geven.' Zodra een kerk op eigen benen staat, draait de
geldstroom om, in de richting van het hoofdkantoor in Califomië.
In alle kerken van Victory Outreach
gaat de collectezak rond voor het Bouwfonds, de Wereldconferentie, het
jeugdcongres en de hornes.
Voor wie een inkomen heeft, kost verblijf in een home
negenhonderd gulden per maand. Sommigen machtigen de sociale dienst om hun
uitkering rechtstreeks op rekening van Victory Outreach te
storten. Ooit heeft Victory Outreach
in Amerika een jaar met subsidie gedraaid. Maar dat beviel niet. In zijn memoires
schrijft Arguinzoni dat het werk verwaterde tot 'een
gewoon sociaal hulpprogramma. "Vroeger namen we drugsverslaafden en bondeleden mee, legden hun de handen op en baden voor hen.
Nu moesten er eerst formulieren ten behoeve van de overheid worden ingevuld.
Als we op deze voet zouden doorgaan, zou het werk uiteindelijk doodbloeden. We
zouden de zalving kwijtraken, en dat was precies wat ons werk zo effectief
maakte." Ook in Nederland zitten de voorgangers niet om subsidie te
springen, 'want dan is het al snel: doe dit en doe dat'. Ze zijn bang dat ze
hun werkwijze moeten aanpassen en de goddelijke inspiratie verdwijnt.
AAN EEN TAFELTJE IN DE Pauluskerk
vertelt Robbie over de dag dat hij broeder werd bij Victory
Outreach. Hij moest met afleen de crack, de methadon
en de pillen afzweren, maar ook zijn rokertje. Tien minuten draalde hij op de
drempel van het mannenhome, toen belandde zijn pakje sigaretten in de
prullenbak en hijzelf in een stapelbed. Het cold turkey-afkieken viel hem zwaar. Vier dagen lang had hij
last van hevige spierkrampen, hoofdpijn, trillen. Steeds weer moest hij
overgeven. "Na een paar dagen smeekte ik om een beetje methadon. 'Oké',
zei de pastor, 'ik zal wat "en.' Hij kwam terug met de bijbel. 'Leg die
maar onder je kussen.' Al die tijd zag ik alleen de pastor met zijn bijbel, de
dokter kwam pas na een week." Hoofdschuddend hoort Johan Robbies relaas
aan. Johan is een trouw bezoeker van de 'toffe diensten, maar hij vindt dat de
kerk wel erg ouderwetse ideeën heeft. Tegenover Arguinzoni's
leus dat heroïne moord is, stelt hij dat heroïne in het ziekenfonds moet.
"Als je jaren hebt gebruikt, is afkicken zonder methadon gewoon
onmogelijk, zegt hij stellig.
Arguinzoni denkt daar
anders over. "Vijfentachtig procent redt het", pocht de kerkoprichter
op de website van Victory Outreach.
De Nederlandse voorgangers houden het op een succespercentage van 40, dat nog
altijd hoger is dan de 25 procent van reguliere klinieken. Enthousiast somt
pastor Mendeszoon namen op: "Broeder John, zwaar
verslaafd, dertien jaar in de gevangenis gezeten, nu conciërge van een school;
broeder Willem, smokkelde nog een pak coke het home in, is nu onze
jeugdleider.' Laat Victory Outreach
de resultaten van reguliere klinieken echt verbleken? we vragen het aan Dirk, die
het afgelopen jaar in het mannenhome verbleef. Hij kijkt ons over de rand van
zijn brilletje vorsend aan. "Volgens mij redt 85 procent het niet",
zegt hij, vol zelfkennis. Dirk moet sinds kort de 'warme mantel van de
broederliefde missen. Hij kwam te laat terug van familiebezoek, wat volgens de
handboeken een hoofdzonde is, en is uit het mannenhome gezet. Maar Dirk laat
zich hierdoor niet uit het veld slaan. Op 'wonderbaarlijke wijze vond hij werk
en een kamer, zodat hij opgewekt uitroept: "Prijs de Heer!" Terugval
is de grootste valkuil voor exv1erslaafden. "De verleiding is het
verleden, en dat is er altijd', zegt Dirk filosofisch. Hij verduidelijkt:
"Laten we eerlijk wezen. Het is lékker. Het
lichaam wil niet 's morgens opstaan en naar de baas gaan, Het lichaam wil
verwend worden."
"Ik heb best wel een moeilijke periode gehad",
vertelt Lex zijn broeders tijdens de dagopening in het Rotterdamse mannenhome.
Dat is een understatement. Welk programma broeder Lex ook doorliep, hij raakte
steeds opnieuw aan de heroïne en cocaïne. Ook Victory
Outreach kreeg hem niet in één keer van de drugs af.
Maar nu weet hij zeker dat hij een doorbraak maakt. Lex gaat zijn broeders voor
in gebed. Dat kan bij Victory Outreach
gemakkelijk in een groot kabaal ontaarden. In een imitatie van zijn biddende
broeders pompt ex-bewoner Dirk zich op tot een Jerommeke,
rolt met zijn ogen en zet een zware stem op. "Sommigen denken: hoe harder
ik schreeuw, des te beter ik bid. En de leider van het home stimuleert dat. Ga
maar na. Het is ‘s ochtends vroeg, de helft valt tijdens het bidden weer in
slaap. De redenatie is: als er hardop wordt gebeden, dan val jij niet in slaap
en leer je er ook nog wat van. Ik kan me voorstellen dat de buren daar last van
hebben. Ik had er zélf ook last van.
ONDANKS DIKKE LAGEN isolatie en een getemperd dagprogramma
in het Rotterdamse mannenhome is de burenruzie aan de Heemraadssingel
uitgelopen op een juridisch steekspel met de deelgemeente Delfshaven. "Hou
me ten goede, beter verslaafd aan de Heer dan aan de dope", zegt TOM Harreman, voorzitter van de deelgemeenteraad. "Maar Victory Outreach heeft zich daar
zomaar ineens genesteld. je zult er maar naast wonen. Hoezo naastenliefdes' De Mendeszoons zijn op hun qui-vive als de kwestie ter sprake
komt. "Zijn jullie gestuurd?" vraagt de pastor. Onderlinge
gesprekken, een open dag en een hoorzitting hebben niet kunnen voorkomen dat de
strijd is verhard. Nu dreigt de ruzie tot aan de Raad van State te worden
uitgevochten. De Mendeszoons zijn niet blij met de
affaire. Xannelou: 'Hoeveel tegenstand we ook
krijgen, wij zijn niet te stoppen. Als het Gods werk is, zal het gebouwd
worden. De nood is zo verschffl&ehjk groot, weet je. Eén hulpschreeuw en we komen eraan,
waar het ook is. Onze resultaten zijn er. Als je dat ziet, wilde mannen met
enorme bossen haar, die op blote voeten over de Amsterdamse Zeedijk liepen, die
nu door Gods werk in hun right mind zijn. Dat is zo
geweldig.'
Anderhalve week hield Robbie het uit in het mannenhome.
Anderhalve week stond hij met zestien broeders om half-zes
op. Anderhalve week bad hij driemaal daags, las hij de bijbel volgens de
leeswijzer van Victory Outreach
en at hij zijn afgepaste portie boterhammen met jam of pindakaas. Anderhalve
week doorstond hij het bestaan zonder vrouwen, drugs, rock-'n-roll, krant en
televisie, en onderging hij de dagelijkse preken en het kabaal van zijn
schreeuwerig biddende broeders.
Toch werd zijn hevige verlangen naar een sigaret hem te
machtig, trok hij zijn schoenen aan en gaf de brui aan dit ascetische bestaan.
Sommige namen in dit artikel
zijn om privacyredenen gefingeerd. Websites:
www.victoryoutreach.org en www.rickross.com
AD-magazine, 9-12-2000
Door
Edwin Oden en Milja de Zwart
ROTTERDAM
- De Inspectie voor de Gezondheidszorg stelt een onderzoek in naar Victory Outreach, een uit Amerika
stammende kerk die verslaafden opvangt om hen te laten afkicken. De medische
begeleiding zou tekortschieten.
De Rotterdamse
deelgemeente Delfshaven heeft Victory Outreach gesommeerd een einde te maken aan de opvang van
ruim 30 verslaafden in een pand aan de Heemraadssingel. In januari komt die
zaak voor de rechter.
Bij Victory
Outreach kunnen verslaafden terecht die rechtstreeks
van de straat komen. Ze moeten afkicken zonder vervangende middelen en zonder
permanente begeleiding door een arts. ,,De toestand van de cliënt moet van
tevoren zijn beoordeeld, een arts moet de voor- en nadelen overwegen en
bespreken met de cliënt'', aldus inspecteur verslavingszorg F. Kok.
De inspectie greep
vorig jaar in bij het evangelisch opvangcentrum De Schakel in Beekbergen, omdat
de begeleiding onvoldoende was. De Schakel werkt nu in de Stichting Horeb samen met de evangelische instelling voor
verslavingszorg De Hoop en neemt alleen nog mensen op die elders zijn
afgekickt.
Het behandelprogramma
van Victory Outreach
beperkt zich vooral tot bijbelstudie, bidden en
evangeliseren op het programma. ,,Er is geen therapie, geen medicijn, alleen de
Heer'', aldus voorganger S. Allauca van het mannenhome
in Rotterdam.
In de homes van Victory Outreach in Amsterdam,
Rotterdam en Den Haag zijn in totaal 60 à 70 verslaafden ondergebracht. Daarmee
is de organisatie een van de grootste particuliere aanbieders van
verslavingszorg. Alleen de Stichting Horeb, met 100
plaatsen, is groter.
AD Binnenland, zaterdag
9 december 2000
Rotterdam - De Victory Outreach Kerk is in
beroep gegaan tegen het besluit van de deelgemeente Delfshaven dat er moet
worden gestopt met de opvang van (ex-) drugsverslaafden in een pand aan de
Heemraadssingel.
Na diverse
klachten van buurtbewoners over het
'mannenhome' had de deelgemeente besloten het pand te sluiten. Daar
heeft de deelgerneente dwangsommen aan gekoppeld.
Victory Outreach is een wereldwijde kerkelijke organisatie met
vestigingen in grote steden in Nederland. Behalve kerken hebben zij
trainingscentra en opvanghuizen voor mannen en vrouwen, waar drugsverslaafden
kunnen afkicken. De bedoeling is om met behulp van Bijbelse richtlijnen ex-verslaafden
weer in de maatschappij te brengen.
Jubelkerk
T. Schreuder van de Bewonersorganisatie Delfshaven: "Niet
alleen is het een drugsopvang die overlast veroorzaakt, maar daarnaast zijn ze
ook een soort Jubelkerk. Vooral in de zomer staan er af en toe midden in de
nacht ineens twintig man in de tuin gebeden te schreeuwen. Bovendien hebben we,
hier al zoveel drugsopvang."
Voorzitter T. Harreman van de ,deelgemeente wijst naar de regels.
"Het gebruik van het pand is in strijd met het bestemmingsplan. Bovendien
werden we ineens geconfronteerd met het feit dat Victory
Outreach daar zat. Ze zijn daar begonnen zonder met
ons te overleggen. Daar bovenop heeft de gemeente Rotterdam het beleid dat
drugsopvanghuizen door de stad verspreid moeten worden.."
S. de Windt,
jurist en adviseur van Victory Outreach:
"De overlast is allang voorbij. Die werd veroorzaakt door verbouwingen om
het pand te isoleren, juist vanwege de af en toe luide gebedsdiensten. Daar
gaat deze zaak ook niet over. De deelgemeente heeft de beslissing genomen om
het mannenhome, een heropvoedingshuis voor
ex-verslaafden, te sluiten. De reden was dat onze activiteiten niet in het
bestemmingsplan zouden passen. Wij hebben echter een vergelijkbare functie met
het verpleegtehuis dat voor ons in het pand zat."
Hij vervolgt:
"Dus zijn wij in beroep gegaan. Dat beroep is afgewezen en daarom stappen
wij nu naar de arrondissementsrechtbank voor een voorlopige voorziening, totdat
het echte proces begint. Wij vragen de rechter het besluit te schorsen. Dan
kunnen de dwangsommen nog niet worden geïnd. We kunnen dan in ieder geval
blijven bestaan tot de rechter een beslissing heeft genomen.
Het geding
dient waarschijnlijk in januari.
RD, 14-12-2000
De kerkgemeenschap Victory
Outreach mag haar afkickcentrum voor drugsverslaafden
aan de Heemraadssingel handhaven. De rechter heeft de deelgemeente Delfshaven,
die het bewuste `mannenhome' uit de buurt wilde weren, in het ongelijk gesteld.
Volgens de rechter staan de activiteiten in het opvanghuis niet haaks op de
woonbestemming van het pand. Omwonenden zeggen veel overlast te hebben van de
30 bewoners van het mannenhome, omdat ze veel zingen, hardop bidden en preken.
Algemeen Dagblad, 12-1-2001
Door Milja de Zwart
Dordrecht - Na problemen met de inspectie is Victory
Outreach verslavingskliniek af. Stichting De Hoop
neemt die medische zorg over van het kerkgenootschap. Directeur Stortenbeker:
“Ze voelden zich gepakt. Maar het was geen nonsens."
De evangelische verslavingszorginstelling De Hoop uit Dordrecht
begint een polikliniek in het Rotterdamse 'mannenhome' van Victory
Outreach. Dat is een uit Amerika overgewaaide kerk
die drugsverslaafden opvangt en laat afkicken. Victory
Outreach moest de samenwerking wel zoeken, zegt Teun
Stortenbeker, directeur van De Hoop. ,Als er in Rotterdam geen welwillendheid
was geweest, had de Inspectie voor de Gezondheidszorg vrijwel zeker de stekker
uit alle opvangprojecten van Victory Outreach in Nederland getrokken. Eerst voelde Victory Outreach zich gepakt.
Maar ik heb ze gezegd dat ze op z'n minst moesten luisteren naar wat de van God
gegeven overheid zegt. En dat was geen nonsens."
In me! kwamen Victory Outreach en De Hoop in principe overeen te gaan samenwerken.
Het kerkgenootschap er de verslavingszorginstelling verdeelden vooral de taken.
Victory Outreach zal zich
geen verslaafdenkliniek meer noemen, maar woon- en leefgemeenschap van
ex-verslaafden. Bijgevolg hoeft de opvang ook niet meer aan de wettelijke eisen
voor zorginstellingen te voldoen. De Hoop neemt de medische zorg bij het
afkicken voor haar rekening. Stortenbeker: ,Wij bemoeien ons niet met het
programma van Victory Outreach.
En zij komen zeker niet aan het medisch handelen van ons team van artsen er
psychologen. En mochten we overhoop komen te liggen over wat do artsen doen,
dan moot de samenwerking gewoon stoppen. Dat hebben we ook afgesproken"
De directeur en oprichter van De
Hoop heeft reden om dat schot voor de boeg te doen. Het is goed denkbaar dat de
arts van de polikliniek beslissingen moet nemen die tegen de overtuiging van Victory Outreach indruisen. Het
kerkgenootschap plukt junkies van de straat en laat ze cold
turkey afkicken, abrupt, zonder vervangende methadon
of medicipen die heftige onthoudingsverschijnselen
verzachten. De kerk leert dat er geen medicijn en geen therapie bestaan tegen
verslaving, maar dat alleen God dit duivelse kwaad kan verhelpen.
Stortenbeker is het daar met mee eens: ,Als je maar lang genoeg
doorredeneert, kom je wel uit bij de duivel. Dat is te gemakkelijk. Verslaving
is een zaak waarvoor je zelf medeverantwoordelijk bent." Toch heeft hij
wel een voorkeur voor cold turkey.
,,Waarom zou je met mogen voelen wat er gebeurt? Anders breek je met de reden
waarom je drugs bent gaan gebruiken; om niet meer te hoeven voelen wat je
voelt." Maar anders dan bij Victory Outreach is de manier om vrij van drugs te raken bij De
Hoop niet heilig. “Je moot niet boven iemands kunnen uitgaan."
Dat Victory Outreach
haar cliënten van straat haalt is juist een belangrijke reden voor De Hoop om
met het kerkgenootschap in zee te gaan. Stortenbeker: ,De kerk bereikt veel 'zorgmijders'. Daar zit de grote plus." Zorgverzekeraar
Waardeland heeft De Hoop gevraagd de plannen voor do polikliniek in het
'mannenhome' uit te werken. Als Waardeland akkoord gaat, denkt de directeur na
de zomer aan de slag te kunnen met de 40 bewoners van het oude herenhuis aan de
Heemraadssingel. Het is de vraag of De Hoop er dan in zal slagen zich met te
bemoeien met het dagprogramma van Victory Outreach, dat bestaat uit bijbellezen,
kerkdiensten, zingen en evangeliseren op straat. “In de ontwenningsperiode, die
een week of drie duurt, lijken me dat niet altijd nuttige activiteiten. Rust is
vaak beter. Mensen kunnen dan labiel zijn. Dan moet je ze riet blootstellen aan
een grote dosis prikkels door ze voortdurend mee naar buiten te nemen voor
allerlei activiteiten. En wij vinden ook dat je dan voorzichtig moet zijn met
het brengen van het evangelie."
Stortenbeker fronst ook de wenkbrauwen als hij in de huisregels
van Victory Outreach leest
dat de staf de paspoorten inneemt en de persoonlijke post opent. Als je zoiets
hoort of ziet, dan kun je daarover in gesprek gaan. Dat zijn persoonlijke
eigendommen en daar mag je niet zomaar aankomen.
Kift, een organisatie mag nooit een sekte worden waarin mensen
alleen kunnen bestaan onder een leider. Er moet voldoende ruimte en vrijheid
zijn. Maar dat is een leerproces en ik denk dat De Hoop daarbij kan helpen, als
buitenstaander met een frisse blik. Daar vraagt de leiding van Victory Outreach in Rotterdam ook
om: Help ons."
AD, 16-07-2003
Afkicken op God in Rotterdam
WILFRED VAN DE POLL − Trouw, 12/01/2013
Helpt bidden om van de drugs af te komen? Een half
jaar geleden bezocht Trouw het afkickcentrum van de Victory
Outreachkerk in Rotterdam. Nu keren we terug. Een
tweeluik.
Ferry is weg. Twintig mannen staan in een voormalig hervormd kerkgebouw
in Rotterdam-Zuid, in de multiculturele en sociaal
achtergestelde Tarwewijk. Het is een doordeweekse dag, vier uur 's middags.
Vlaggen van allerlei landen hangen langs de wanden, boven het podium prijkt
levensgroot een gouden opschrift: JEZUS. De mannen krijgen zangles. Ze moeten
'helikoptergeluiden' maken, van hoog naar laag. Enthousiast laten ze hun tong
tegen hun gehemelte trillen.
Ferry is er niet bij.
De mannen - Surinamers, Antillianen,
Afrikanen, enkele Nederlanders - zijn kaal of kortgeschoren, hun lichamen zijn
getekend door een leven in de goot. Ze wonen in het afkickcentrum van de Victory Outreachkerk in
Rotterdam. Dat strak hiërarchisch geleide pinkstergenootschap is in 1967 in Los
Angeles opgericht door Sonny Arguinzoni, zelf een
ex-verslaafde. In 1985 streek het genootschap ook in Nederland neer.
Onomstreden is de kerk niet: ze heeft sektarische trekjes en de gewoonte om
mensen cold turkey van hun
verslaving af te helpen, roept op zijn minst vragen op.
Bij Victory Outreach
geloven ze in radicale keuzes en in discipline. De deelnemers aan het
afkickprogramma worden gedrild als in een leger. Op een streng dieet van bijbellezen, bidden en zingen, héél
veel zingen, worden ze van hun verslaving afgeholpen. Niet meedoen aan gebed of
bijbelstudie is geen optie. Iedereen gaat bij
intekening op de knieën voor een 'zondaarsgebed'. "Waar je vroeger troost
zocht in drugs, vindt je die hier in God", zegt Arnold den Breems (32), leider van het opvanghuis. "Het gaat er
niet alleen om dat je je oude leven afzweert, maar
dat je een nieuw mens wordt."
Het leven van deze mannen beweegt zich tussen het opvanghuis - de
'mannenhome' - aan de Heemraadssingel in West en de kerk aan 's Mijnsherenplein op Zuid. In de home eten en slapen ze, en
hebben ze tweemaal daags een dienst. In de kerk zijn ze praktisch de hele
zondag en ook vaak doordeweeks. Ze moeten zichzelf nuttig maken, in het
muziekteam, of het videoteam. In hun vrije tijd worden ze geacht voor zichzelf
in Gods Woord te lezen. In hun lijvige Engelse studiebijbels
onderstrepen ze ijverig allerlei passages. Ze mogen niet alleen de straat op.
Dat moet altijd met zijn tweeën - zodat je elkaar kunt behoeden voor een
terugval in de zonde.
'Sing praise to the Holy One', zingen ze in de kerk.
Hard en nadrukkelijk: zo zingen ze altijd, met elkaar wedijverend in vroomheid,
maar ook doorleefd, vurig. Niet heel zuiver. Daar staan ze: Marcel, de
cameraman die altijd grapjes maakt, de lange, magere en doodserieuze gestalte
van Ruud, David, George, de Poolse Thomas - ik herken ze van een half jaar
geleden, toen ik enkele dagen in de home verbleef om zelf mee te maken hoe het
leven er toeging. Nu kom ik terug om te zien hoe het de mensen vergaat die ik
toen ontmoette.
Een half jaar geleden was Ferry er nog wel. Net als Alex en Gregory, maar die zijn weg omdat ze klaar waren met het
programma en min of meer op eigen benen kunnen staan.
Alex, een guitige, slimme jongen van 22 die goed Engels sprak, is
weggepromoveerd naar de bijbelschool in Los Angeles,
het epicentrum van Victory Outreach.
Hij was nooit aan de harddrugs, wel aan de wiet. Dat geldt niet voor Gregory, een stoere man met een ruig verleden. Hij is
inmiddels getrouwd met iemand uit de vrouwenopvang van Victory
Outreach, want die is er ook. Het stel woont nu
vlakbij de kerk. Zoals de meeste ex-verslaafden die het afkickprogramma met
succes hebben doorlopen. Ingekapseld door het kerkgenootschap als ze zijn,
blijven ze dicht bij hun broeders en zusters wonen. De kerk is de spil van hun
bestaan. Welk ander leven hebben ze?
Gregory's lijf is
bezaaid met tatoeages. Het zijn er maar liefst veertien, vertelde hij: voor
iedere keer dat hij in de nor zat één. Op de binnenkant van zijn rechterarm was
een levensgroot pistool getekend. Op de binnenkant van zijn linkerarm stond
JEZUS. "Met de rechter schiet ik", grapte hij. "Dat is mijn
slechte arm."
In een van de diensten deed hij zijn 'getuigenis', een ouderwets
evangelisch God-trok-mij-uit-de-putverhaal.
"Anderhalf jaar geleden dwaalde ik nog door de straten van Aruba. Ik was
verslaafd aan zo ongeveer alles. Ik had geen toekomst behalve het ziekenhuis of
het graf..."
Ik lag tegenover hem in de slaapzaal op de tweede verdieping. Gregory knipte voor het slapengaan zijn teennagels, legde
ze keurig op een rijtje naast zijn bed, krabde zich op zijn buik en geeuwde
'Dank u Jezus'. Toen knielde hij en bleef net zo lang bidden tot het tl-licht
uitging - stipt om tien uur.
Als student had ik een bijbaantje: ik werkte in hostels van het Leger
des Heils in Utrecht. Daar kregen de bewoners netjes
hun dagelijkse dosis methadon en koesterde niemand de illusie dat ze konden
veranderen. Het ging om een zwaardere categorie dan de mensen in deze home,
maar toch: het cynisme vond ik schokkend, voordat ik eraan gewend raakte.
Hier in Rotterdam streven ze wél naar
verandering. Dat raakt mij, hoe onbeholpen het er ook aan toegaat. Misschien is
grof geschut wel onontbeerlijk. Je kunt je geen subtiliteiten veroorloven als
het gaat om leven of dood. De bewoners hebben hun trots al lang geleden laten
varen. Die luxe hebben ze niet meer.
Ik wilde zien of het werkt, afkicken op God. Als religie haar nut ergens
kan bewijzen, zo redeneerde ik, dan hier, in deze home. Tegelijk stoot die
overdreven vroomheid mij af. Als religie ergens gevaarlijk wordt als instrument
voor manipulatie - ja, dan óók hier. Het paardenmiddel van de Heilige Geest mag
helpen om clean te worden, maar wat gebeurt er daarna? Het soort christendom
dat de bewoners hier opsnuiven lijkt even verslavend als de coke die ze eerst
snoven. Belanden ze niet van de ene afhankelijkheid in de andere?
Volgens Den Breems wérkt
het, de mannenhome-methode. Zo'n tachtig procent van
de bewoners komt naar zijn zeggen van zijn verslaving af. Maar dat kan wel
jaren duren, waarschuwt hij. "Om echt te veranderen heb je minstens twee
of drie jaar nodig." Veel bewoners blijven dan ook langere tijd in de
home.
Ferry hield het al na een half jaar voor gezien. Waar hij nu is, weet
niemand. Den Breems zucht. "Mensen vallen terug,
dat gebeurt."
Deel twee verschijnt op 15 januari
De
home en de Heer
WILFRED VAN DE POLL − 1Trouw, 5/01/2013
Helpt bidden om van de drugs af te komen? Trouw
bezocht het afkickcentrum van de omstreden Victory Outreachkerk in Rotterdam. Slot van een tweeluik.
'Dus ik sta daar, klaar om voor de eerstvolgende trein te
springen..."
De 41-jarige Marcel ligt in de bovenste slaapzaal van het afkickcentrum
van de Victory Outreachkerk
in Rotterdam, door de ongeveer twintig bewoners liefkozend 'de home' genoemd.
Er zijn twee verdiepingen: op de eerste slapen de beginnelingen, op de tweede
de oudgedienden. Na negentien maanden hoort Marcel daar ook bij. Hij was
zeventien, vertelt hij, toen hij op een brug in Utrecht stond. "Een vrouw
uit de Victory Outreach
liep toevallig voorbij en trok mij weg. Zij heeft mij leven gered."
Het is zondagavond negen uur. De mannen maken zich klaar voor de nacht,
maar moe zijn ze nog niet. Ze kruipen op hun stapelbedden, ertussen staan
grijze lockerkasten zoals je die ook in kazernes ziet. Ze maken grapjes die
alleen een ingewijde begrijpt - iets met 'glorie' en 'victorie', en dan
gegniffel. Ze hebben zich het typische jargon uit de pinksterkerken eigen
gemaakt: vraag je aan een bewoner wat hij van iets vindt, dan zegt-ie bijvoorbeeld 'gezegend' of 'krachtig'.
Terwijl de ernstige Ruud in zijn Bijbel leest en Gregory
zichzelf in slaap bidt, haalt Alex een zak euroshopperchips
uit zijn locker, grijpt er een hand uit en gooit hem naar Marcel aan de andere
kant van het gangpad, die Antilliaanse praisemuziek
uit zijn mobieltje laat schallen. Na zijn redding op die brug in Utrecht werd
hij niet meteen een goed christen, zegt Marcel, smakkend op de chips. "Ik
ben de Heer tijdelijk kwijt geweest." Hij leefde 'in de duisternis', en dat
ging niet van een leien dakje. "Ik heb meer als anderhalf ton schuld op
mijn rug", zucht hij en begint een warrig verhaal over rechtszaken die hij
aan voeren is om onder zijn schuldeisers uit te komen. Ook in de liefde had hij
geen geluk. Het een heeft trouwens met het ander te maken. "Die vrouwen,
die trekken je financieel helemaal lek."
Via vrienden belandde hij in de 'planthandel'. "Wiet, weet je wel.
Mijn hele huis stond er vol mee. Op een dag werd mijn Mercedes klemgereden op
de A4. Ja, en dan ga je het natuurlijk nóg een keer
proberen. Toen was ik echt de pineut." Hij schudt zijn hoofd. "Ik ga
het helemaal anders doen. Dit is mijn huis. De home en de Heer horen bij
elkaar. Vorig jaar ben ik gedoopt, zo powerful."
Nu is alles anders, nu is hij bijvoorbeeld bezig een eigen bedrijfje
voor videoproducties op te zetten. Zijn ogen glimmen. Hij mag er een hok in de
kerk voor gebruiken. "Ik wil ook best voor wereldse omroepen werken,
zolang je geestelijk maar niet wordt aangetast."
's Ochtends om zes uur rollen de eerste mannen hun bed uit. Ze zitten in
het 'leiderschapsteam', de geestelijke stormtroepen van het huis, en verzamelen
zich in het kantoortje van home-director Arnold den Breems. Daar buigen ze zich over hun studiebijbel,
een mok koffie in de hand. Een half uur later gaan ze hand in hand in een kring
staan en zingen ze zich uit volle borst de nieuwe dag in. Arnold schreeuwt er
overheen. "Heer, ga voor ons uit deze dag! Ik bid dat u elke macht van
verslaving uit deze plaats weghaalt!"
Nog weer een half uur later is iedereen in de home opgestaan en begint
de dienst, in de eetzaal, waar de stoelen aan de kant zijn geschoven. Ferry,
een 35-jarige man met dikke buik, te ruim T-shirt en slonzige trainingsbroek,
leidt het gebed. "Reinig ons van hoofd tot teen, Vader. Maak ons mannen
van God, mannen van backbone, mannen van
kaliber."
Lied na lied wordt gezongen, tussendoor worden 'getuigenissen' gegeven -
levensverhalen die beginnen in de diepste duisternis en eindigen in de home,
halleluja!
Arnold preekt. "Ik zeg altijd: van mijzelf ben ik een viespeuk.
Eens was ik ook aan het hosselen. Maar God heeft mijn leven veranderd. Door de
kracht van Jezus heb ik nu een dak boven mijn hoofd en vlees aan mijn lichaam -
ik weeg nu 110 kilo, toen ik verslaafd was 60."
Hij vervolgt: "Het is heel moeilijk hier. Ook al ben je bekeerd,
het verslavingspatroon moet nog uit je systeem. Je zult je strijd krijgen. De
satan kent je misschien wel beter dan jijzelf, hij heeft duizenden jaren
ervaring. Hou vol! God zal je de overwinning geven. Dit is de home, de plek
waar mannen veranderen. Dit is de plek waar leiders worden opgericht."
Om kwart over negen is de dienst voorbij en is het tijd voor het
ontbijt. De rest van de dag is het rustig. Sommigen zetten zich aan hun corveetaak,
anderen doen vrijwilligerswerk in een nabijgelegen sportpark. Een enkeling
heeft een afspraak met een psycholoog van verslavingskliniek De Hoop in
Dordrecht. Sinds twee jaar is er een samenwerkingsverband met die kliniek, om
aan strengere eisen van de autoriteiten tegemoet te komen. Naar aanleiding van
negatieve berichtgeving was de inspectie langsgekomen.
Dat heeft tot veranderingen geleid. Nieuwe bewoners moeten eerst langs
De Hoop voor een intake-gesprek. En waar men vroeger
standaard cold turkey ging,
is het beleid nu enigszins aangepast.
"De overheid vond onze aanpak inhumaan", aldus Den Breems. Hij zegt het smalend, want het is juist de
overheid, vindt hij, die niet om mensen geeft. "Die verstrekt gewoon
gratis methadon, zo van: rook je eigen lekker dood, dan zijn we van je
af." De aanpassingen zijn dan ook met frisse tegenzin doorgevoerd en
lijken vooral cosmetisch. "Ze willen dat we professioneel worden, als een
echte instelling. Maar dat is niet onze kracht. We willen onze identiteit niet
opgeven."
's Avonds is er een spreker uit de kerk, Eduardo,
een boom van een vent uit Curaçao, met een basketbalpet, die tijdens het gebed
zijn handen omhoogsteekt en wegzwijmelt in aanbidding
van de Heer. De aanwezigen leggen flink de gesel over zichzelf, ze zijn te lauw
geworden, vinden ze, de toewijding aan God verslapt. Als Eduardo
na afloop van de dienst een spontane evangelisatie-actie
op touw zet, kan hij op veel bijval rekenen.
Samen met de 54-jarige George uit Suriname deelt Ferry folders uit aan
voorbijgangers, die hij steevast met 'broeder' aanspreekt. Ze lopen de Westersingel op, vlakbij het Centraal Station. Hier, in de
buurt van de Pauluskerk, zitten veel drugsverslaafden
op bankjes aan het water.
George en Ferry hebben in het verleden drugs gesmokkeld. Bij George is
het altijd goed gegaan, bij Ferry ging het al bij de eerste keer mis. Toen hij
met zeven kilo cocaïne in zijn tas van Costa Rica naar Amsterdam wilde vliegen werd hij gepakt en naar
een Costa Ricaanse
gevangenis gebracht - "en alle clichés die je uit de films kent over dat
soort gevangenissen kloppen". Hij is nog nooit zo bang geweest als in die
gevangenis, vertelt hij. "Iedereen had een wapen, al op de eerste dag werd
ik met messen bedreigd."
Gelukkig werd hij na een jaar naar Nederland gehaald, om hier berecht te
worden. Toen hij een half jaar geleden vrijkwam, ging hij linea
recta naar de home, vastbesloten zijn leven te beteren. "Ik wil mijn
gitaar nu in dienst van God gebruiken", zegt hij. Want Ferry is een
musicus. En talent heeft hij ook. Gegrepen door gypsy-muziek
toerde hij als tiener met het Rosenberg Trio door
Europa. "Ik verdiende geld als water. En dat was het probleem. Ik kon er
niet mee omgaan, het ging allemaal op aan drank en drugs."
In de home lijkt hij iets van zijn zelfrespect te hebben teruggevonden.
"Ik heb een keuze gemaakt", zegt hij. "Een radicale keuze".
Op een bankje zit een Poolse man. Hij knikt ja op alles wat Ferry en
George zeggen maar spreekt geen woord Nederlands. "Mogen we voor je
bidden?" Hun handen liggen al op zijn hoofd. De man knikt.
"Weten jullie onderdak voor me?" wil een dronken man uit
Hongarije weten. Ferry belt met Arnold om hem met een busje naar de home te
laten brengen. George zegt: "Ik ga alvast voor je bidden".
Ze lopen verder. Plotseling blijft Ferry staan. "Hè, jou ken
ik!" Een magere, ineengedoken man met een rond brilletje kijkt hem met
volmaakte desinteresse aan. Ferry en George leggen hun handen op zijn hoofd en
beginnen ongevraagd voor hem te bidden. De man blijft strak voor zich uit
kijken. "De deur staat voor je open, broeder", zegt Ferry. "Je
weet de weg."
Verder lopend zegt hij: "Die man heeft maanden in de home gezeten.
Ik heb hem zelf nog binnengelaten. Maar ja, je weet hoe het gaat, toen kwam de
vijand."
Het eerste deel verscheen afgelopen zaterdag in de Verdieping.