Beroep
in geschil over overlast bordeel verworpen
Den
Haag - De Raad van State heeft een beroep van de Bewoners Vereniging
Heemraadsplein tegen de gemeente verworpen. De bewonersvereniging wilde met dat
beroep een eind maken aan de overlast die ze zouden hebben van een bordeel aan
het Heemraadsplein 10a.
De
bewonersvereniging stapte naar de Raad van State omdat het gemeentebestuur er
niets voor voelt om met gebruik van bestuursdwang tegen het bordeel op te
treden. Bewoners van het Heemraadsplein zeggen veel overlast te hebben van de
prostitutie in en rondom het bordeel.
Al
in 1986 vroegen de bewoners de gemeente daar tegen op te treden. Toen het
gemeentebestuur dat weigerde, diende de bewonersvereniging bij het college van
B en W een bezwaarschrift in. Dat bezwaarschrift werd niet-ontvankelijk
verklaard omdat het college van B en W ervan uitging dat de brief afkomstig was
van de Aktiegroep Het Nieuwe Westen. Die actiegroep wordt door het ontbreken
van een organisatiestructuur door het college niet als een rechtspersoon
beschouwd.
De
bewonersvereniging is bij de Raad van State vervolgens in beroep gegaan tegen
deze niet-ontvankelijkverklaring. De bewoners zeggen dat bij het indienen van
het bezwaarschrift weliswaar de steun is ingeroepen van de actiegroep, maar
vinden het onterecht dat het college van B en W Het Nieuwe Westen als de
bezwaarmakende partij heeft beschouwd. De actiegroep wordt als een soort
ruggesteun gebruikt door de bewoners omdat zij bang zijn individuele acties
tegen de overlast van het bordeel te ondernemen. De bewoners zeggen in het
verleden te zijn geïntimideerd door de eigenaren van het bordeel.
De
rechtspraakafdeling van de Raad van State heeft nu beroep van de bewoners te
verwerpen. Volgens dit rechtscollege hebben B en W de actiegroep terecht
beschouwd als de partij die het bezwaarschrift heeft ingediend. Omdat de
actiegroep geen gestructureerd geheel vormt, is volgens de Raad van State dat
bezwaarschrift terecht ook niet in behandeling genomen.
Rotterdams
Nieuwsblad, 7-8-1990