Rotterdam dichtopelkaar 8 (en slot) Heemraadssingel

Het staat wel sjiek op m’n visitekaartje

 

 

De eenden komen niets tekort, om niet te zeggen dat ze vetgemest worden. Om het half uur komt er wel iemand een zak met brood in de singel kieperen, zonder dat daar de dank van een enthousiast kwakende menigte tegenover staat.

Op de wandelpaden veel mensen en nog meer honden. De statige singel is toonplaats voor het nieuwe statussymbool: de tweede hond.

Op dezelfde wandelpaden verhoogt de politie ’s rijks inkomsten. Bijna elke dag wordt er een rijtje foutparkeerders bekeurd.. Andere auto’s staan geparkeerd in betegelde voortuintjes van woonhuizen die kantoorpanden zijn geworden.

Bordjes naast de deuren dragen de namen van notarissen, advocaten, accountants, makelaars. Tussen de nog normaal bewoonde herenhuizen uiteenlopende vestigingen als: balletschool, Rutgershuis, schipperscentrum, kinderdagverblijf, seksclub.

Aan het uiteinde richting Rochussenstraat wat obscure hotelletjes en dichtgetimmerde panden. Op de hoek van de Lieve Verschuierstraat enkele schuttingteksten die niets meer met punk te maken hebben, maar puur fascistisch zijn.

 

In de kamer ensuite die veertien meter lang is staan slechts twee luie stoelen, een draagbare televisie en een tekentafel.

Ik heb me een beetje vertild”, zegt Eric, een gevorderde dertiger. “Het zag er allemaal zo leuk uit. Ik had een goeie baan bij een reclamebureau en mijn vrouw verdiende ook nog een aardige cent als secretaresse. Maar opeens begin het allemaal een beetje uit de hand te lopen. Eerst kregen we een kind, wel gepland hoor, daar niet van, maar mijn vrouw hield op met werken. Dat scheelde dus behoorlijk in de inkomsten. Dit pand heeft dus twee ton gekost moet je weten.

Toen ben ik voor mijzelf begonnen. Dat liep ook niet zo goed als ik gedacht had. Om hetzelfde te verdienen moest ik veel harder werken dan voorheen. Erg veel tijd voor mijn gezinnetje had ik niet meer.

Ik weet niet of het er iets mee te maken had, maar binnen een jaar was mijn huwelijk naar de knoppen.  Het meeste heeft ze meegenomen, maar dat is nog niet zo erg. Ik vind het veel lulliger dat ik op een alimentatie van bijna negenhonderd gulden per maand zit. Ze haalt me werkelijk het bloed onder mijn nagels vandaan. Ze wordt in de watten gelegd door een andere vent, maar daar heeft de rechter kennelijk geen boodschap aan. Om de drie weken komt ze mijn zoon zaterdags brengen. Rijdt ze voor in een grote Renault. Zelf heb ik mijn Volvo moeten verkopen. Ik rij nu in een oude eend. En dan moet ik ook nog eens twaalfhonderd gulden per maand aflossen.

Verkoop dan je huis zul je zeggen. Heb je gelijk ij, maar de moeilijkheid is dat ik er geen goeie prijs voor maak als ik het niet eerst een beetje opknap. Toen ik het kocht zag het er allemaal wel aardig uit. Maar de wanden van de keuken en de badkamer waren afgetimmerd met schrootjes. Wist ik veel dat je dar achter moet kijken. Ik dacht: dat doet de taxateur wel. Maar taxateurs denken alleen aan hun eigen portemonnee. Ze denken: hoe hoger ik taxeer, hoe meer ik zelf kan rekenen. Dat het dak dus verrot was heb ik nooit van die vent gehoord.. Maar moet je nu eens in de badkamer kijken. Het plafond is ooit wit geweest. Die vochtplekken heb ik al vijf keer opnieuw beschilderd, domweg omdat ik geen geld heb om de loodgieter het dak op te sturen. Ik ben ook nog eens zo onhandig dat ik niet weet wie het zwart kan doen.

Mijn halve hebben en houwen heb ik al verkocht. Ik moest wel ontzettend lachen om Koot en Bie, toen met oudjaar. Weet je wel. Bie in een grote lege kamer, strontziek van de gezelligheid, alleen een groot wit schilderij aan de muur. Lijkt wel een beetje op mijn huis nietwaar. Ja, ja, je moet er wat voor over hebben om op stand te wonen. Ik vind het toch nog steeds wel sjiek dat er “Heemraadssingel” op mijn visitekaartje staat.

 

Op de hoek van de Heemraadssingel-Volmarijnstraat ligt een braakliggend terrein, al tijdenlang.

De niet bij iedereen  te goeder naam en faam bekend staande Dick Wille wilde er ooit een bordeel beginnen, zo wordt beweerd. De gemeente gaf echter geen toestemming voor verbouwing tot appartementen van de nog redelijke woningen. Wille liet daarop de woningen leegstaan en vervallen. Af en toe viel er al dan niet moedwillig een plafonnetje uit. Uiteindelijk brak er brand uit en kreeg Wille een sloopvergunning.

Toen ontbrande de strijd over wat er op de lege plak moest komen. De actiegroep Middelland-Nieuwe Westen zei speelruimte annex café-terras (dat er bijna geen zon komt op die plek was de actievoerders even ontschoten, maar dat is een detail). Wille wilde een bouwvergunning voor appartementen, die hij nu wel kreeg.

Dat er  toch nog steeds niet gebouwd wordt komt volgens mensen van de actiegroep om dat Wille net uit de bak is en financieel volkomen aan de grond zit. Volgens een hotelhouder uit de buurt is Wille echter al tijden geleden naar Canada geëmigreerd. Zelf was de heer Wille onbereikbaar voor commentaar.

Een hoog hek houdt kinderen weg uit de gigantische zandbak.

 

Telefoontje van een singelbewoner met de ROTEB:

“Mensen, ik heb een oude wasmachine op straat gezet, Kunt u die even op komen halen?”

ROTEB beambte: “Op straat gezet, meneer? Dan bent u in overtreding. We zullen even langs  moeten komen om proces verbaal op te maken. U behoort te weten dat u het een dag van tevoren moet melden als u grof vuil op straat zet.”

Bewoner: “Och, dat wist ik niet. Komt u dan maar morgen, dan haal ik hem wel weer binnen zo lang”.

Een kwartier later belt de bewoner de ROTEB opnieuw:

“Sorry, mensen, maar u hoef5t morgen niet meer te komen voor die wasmachine. Hij is net meegenomen door een Turk uit een zijstraat.”

 

De actie-groep Middelland-Nieuwe Westen is een club van doe-het-zelvers. Omdat de gemeente te lang treuzelde met het voorbereiden van een bestemmingsplan voor de wijken zij de welzijnswerkers en vrijwilligers zelf aan de slag gegaan. Belangrijke eisen uit het kersverse inspraakplan: de Heemraadssingel moet park worden, de prostitutie en andere overlast gevende bedrijvigheid moet verdwijnen, in de leegkomende panden mogen geen nieuwe kantoren komen, maar moeten zogenaamde eenpersoonshuishoudens worden gevestigd.

Toine Schreuders en Cor Snijder lichten toe: “De mensen beseffen het niet zo, maar de singel is in het midden net zo breed als het vondelpark. Met wat verkeersafsluitingen, een voetgangersviaduct bij de Mathenesserlaan, een omlegging van tramlijn 4 waardoor het plein erbij betrokken wordt, krijg je een schitterend langgerekt wijkpark. Op de inspraakavond was iedereen dolenthousiast over het uitbouwen van dat ene stukje groen in de wijk. Alleen werd soms de vrees geuit dat het park tippelgebied zou worden.

Een terechte vrees, want de prostitutie rukt met de dag verder op. Katendrechters zijn zich hier links en rechts aan het inkopen. Er wordt nu al getippeld tot aan de Nieuwe Erfbrug. Sinds Hotel van de Wal kort geleden gesloten is zijn er al weer vier nieuwe prostitutiehotels geopend.”

De strijd die de actiegroep heeft aangebonden met het hoerendom beloofd op zijn minst net zo hard te worden als in Katendrecht.

Cor Snijder: ”We worden er al van beschuldigd dat we vorige week die brand in dat bordeel aan de Binnenweg hebben aangestoken, maar zo ver zijn we nog niet. We voeren acties, harde acties, maar nog niet zo hard”

Ik vraag waaruit de overlast bestaat. Is het zo erg om af en toe een condoom op straat te vinden. Kun je heroïne hoertjes niet beter opvangen dan opjagen?

Cor Snijder: “Het zijn niet de meisjes, maar de klanten die last geven. Dronken kerels. Snorrende auto’s. Vrouwen worden op staart aangesproken en betast. Taxichauffeurs bellen aan op verkeerde adressen.

Plus het hele sfeertje van criminaliteit en verpaupering dat vooral de heroïneprostitutie met zich meebrengt. Die meisjes gaan voor vijfentwintig gulden in een portiek of tegen een boom aan de singel staan.

En die ellende wordt alleen maar groter als dat erosbotengedoe bij de Euromast doorgaat. De gemeente lost daarmee niets op van onze problemen, integendeel. Er worden nog elke week nieuwe vergunningen afgegeven voor hotels. Nou, en daar ageren we tegen. Van der Kaa aan de Claes de Vrieselaan en Waldor en Vernon aan de Heemraadssingel zullen ook nog dicht moeten.”

Voor de actiegroep ligt het park bij de Euromast zowel erg dichtbij als erg ver weg. Als het om gebrek aan groen in de wijk gaat is de afstand onoverbrugbaar groot, maar als het gaat om erosboten is er sprake van een natuurlijke wandelroute van de Parkhaven naar de Binnenweg.

Ik stel een paar stekelige vragen die de actievoerders overigens niet van hun stuk brengen. Wat is de waarde van een inspraakplan als daar slechts vierhonderd mensen (niet meer dan een procent van de totale wijkbevolking) aan meegewerkt hebben? En waren daar ook buitenlanders bij? En welke waarde moet uit dien hoofde worden gehecht aan mededelingen als: de bewoners hebben liever groen dan parkeerruimte. En: de garages moeten uit de zijstraten van de singel verdwijnen. Is het nu echt waar dat de mensen hun parkeerplek en hun garage willen ruilen voor een bloembak?

Toine Schreuder: “Die opkomst van één procent is nog erg groot als je vergelijkt met sommige andere inspraakprocedures. En wat de buitenlanders betreft; we hebben goed kontakt met een groep Kaap Verdianen. Andere groepen bereiken of enthousiast maken is erg moeilijk. Hoe weet je of je niet met Amicales of Grijze Wolven te doen hebt? We gaan er wel wat aan doen, speciale krantjes uitgeven bijvoorbeeld.

Tja, en dan die auto’s. Je had de mensen eens moeten horen klagen over al die garages. Marginale bedrijfjes vaak. Ik weet het, veel tweedehands handel en goedkope service.

Maar het dijt zo uit dat het soms alle proporties te buiten gaat. We hebben eens geteld, er was een garage die twintig wagens op straat had staan. Daarvan stonden er zestien alleen maar een beetje in de weg, die waren volgepropt met materiaal.

 

Het Heemraadsplein is zo onhandig aangelegd dat je er niet eens fatsoenlijk op kan voetballen. Ere zijn zoveel glooiingen dat er geen enkel plekje te vinden is waar een bal stil blijft liggen en dat dus dienst zou kunnen doen als penalty stip.

Het plein functioneert verder van geen kanten

Op een openbaar toilet staat een vrouwenteken gekalkt. Het rioolgemaaltje wordt bij tijd en wijle omgeven door stank. Ernaast staat de kleinste schuilkelder van Rotterdam. Er kunnen net een dertig man in. Dat wordt dringen als de bom valt.

 

Henk van de Wal is eigenaar van de omstreden hotels Van de Wal en Waldor. Eigenlijk wil hij niet praten over de acties die tegen hem gevoerd worden, mar hij doet er wel bijna twee uur over om dat uit te legen. Diepe haat komt naar boven als ik het woord “actiegroep” laat vallen. “Twintig beroepswerklozen die van mijn belastingcentenmensen het brood uit de mond stoten. Anders kan ik er niet over denken. Wat mag er nog blijven in de wijk? De hotels moeten weg, de café’s moeten weg, de hoeren moeten weg, de kantoren moeten weg, de auto’s moeten weg, de garages moeten weg. Alleen zij zelf mogen blijven. Potverteren van dikke subsidies.

Wat, beweren ze dat er bij mij in Waldor prostitutie bedreven wordt? O ja? Waar zijn die prostituees dan? Laat ze eens komen kijken hier. Ik doe al vier jaar lang verwoede pogingen om een gesprek met die gasten te krijgen. Maar ze durven zeker niet. Schijtluizen zijn het, achterbakse labschwanzen die een ander achter zijn rug zwart maken. Mijn zoon wordt er op school op aangesproken. Terwijl ik hier de meisjes van de Binnenweg de deur wijs. Ja een kop koffie kunnen ze krijgen als ze het koud hebben, maar meer ook niet. Wat dacht je nou? Als ik geld zou willen verdienen zette ik toch een filmprojectortje neer en maakte ik in plaats van elf hotelkamers tweeëntwintig wipkamers. Wil je het gastenboek zien? Ik zit helemaal vol. Ik heb niet eens plááts voor hoeren.

In hotel Van de Wal aan de Claes de Vrieselaan was ik al twee jaar niet meer geweest. Die pachter heeft me belazerd. Hij had er vijf meisjes wonen, dat wel, maar er zat geen ene straatmeid bij die voor een uur een kamer kwam huren. Maar goed, die gozer is nu spoorloos. Ik denk dat ik dat zaakje maar verkoop.

Zal ik jouw eens wat vertellen? Ze durven mij aan te pakken, omdat ze denken, dat is een kleine jongen, die doet toch niks terug. Maar weet je waar ze ondertussen vanaf blijven? Waar ze hun tengels niet aan durven branden? Aan de dealers. Ik weet ze zo allemaal te zitten en dat weet die actiegroep ook. Maar als ze daar tegenin gaan krijgen ze het terug op hun brood, dat weten ze. Daarom laten ze het kwaad bij de wortel gewoon voortwoekeren en pakken ze een paar hotelhoudertjes. Ze treiteren je net zolang tot je kapot gaat. Maar een doodgewoon open gesprek durven ze niet eens aan. Er tegen vechten heeft geen zin. Het is vechten tegen de bierkaai, want de gemeente laat zijn oren er nog naar hangen ook. Als je maar sociale academie hebt gehad zit je goed in deze stad.

 

 

Het Vrije Volk, 15-3-1980