Nieuw
veilingleven aan een singel
In 1940 sloegen hier ook
de veilinglokalen weg. Ze doken weliswaar als zovele andere zaken op of onder
in uiteraard voor het doel minder geëigende behuizingen, doch de ondernemers
bleven natuurlijk werkzaam in het zoeken naar geschikte panden.
Zo ook de sinds 1823
gevestigde firma Van Marle, de Stille en Baan,
voorheen zetelend in de oude Nieuwsbladgebouwen aan de Zuidblaak,
daarna in de Gouvernestraat en thans in de prachtige
villa Heemraadssingel 196. Het herenhuis staat op de lijst der z.g.
bedrijfspanden, die bij machtiging van de Kamer van Koophandel worden
toegewezen en waar Volkshuisvesting dus geen zeggenschap over heeft (dit ter
opheldering van mogelijk misverstand, nu slachtoffers van de nijpende
woningnood er wellicht het oog op lieten vallen), is Donderdagmorgen ingewijd
met een kunstveiling, nadat de kamers behalve met een kostbare collectie
beeldende kunst, meubelen, antiek, porcelein enz., op
een kijkdag ook een… bloemenparadijsje hebben vertoond. Blijkbaar leven de vele
relaties hartelijk mede met het gebeuren, want het aardige zaaltje was geheel
gevuld met belangstellenden, die niet uitsluitend de langzamerhand met het
typisch Rotterdamse “trekgeldsysteem” vergroeide en
vertrouwde handel vertegenwoordigden. Zou het een gezonder “veilingleven” niet
ten goede komen, wanneer de particulieren gelijk vroeger bij de kunstacties,
zich wat gemakkelijker en dus meer direct konden interesseren?
De prijzen verhieven zich
in sommige gevallen en dan voor de Romantische school, nog wel boven gemiddelde
verwachtingen, bij de beoordeling waarvan men natuurlijk de “gekke”bedragen uit
de oorlogsjaren moet verlaten. Doeken en panelen van mindere goden uit het
Romantische tijdperk als Jacob de Gruyter, Corrie
Bedijs, Andree Geyp-Verhoeven
en Jolly, om er een paar te noemen, bewogen zich
tussen de f 250 en f 500, een mooi stuk van Paulus Tetar
van Elven bracht het tot f 800. Voorts werd een portret van een oude dame uit
de school van Rembrandt gehonoreerd met een f 560, Breitner, B.C. Koekoek en
Fr. de Moucheron wekten de indruk de hoge limieten
niet te halen.
Bij de hedenmorgen
voortgezette schilderijenveiling werd o.m. genoteerd voor een boslandschap van
B.C. Koekoek f 650, een groot zeestuk van J.C. Schoter
f 1340; J.K.Ch. Klinkenberg, Alkmaar f 1630. De oude
meesters als Nic. Maes
(twee portretten) f 10.000; Hercules Seghers f 5200;
J. van Ruysdael f 3600; Pieter Aertsen
f 6000; Een kampement Hollandse school, 17e eeuw f 12.000; Jacob
Torenvliet f 700, staakten op de achtergeplaatste
prijzen.
Rotterdams Nieuwsblad,
19-12-1947
Kooplieden
in sit-down staking
Het
was vanmorgen een eigenaardige veiling bij Van Marle,
Stille en Baan aan de Heemraadssingel. De kopers stonden in groepjes bijeen, de
handen over elkaar, terwijl de afslager reeksen goederen te koop aanbood,
zonder iets kwijt te raken
Het niet kopen van de aangeboden artikelen was een protest
van de veilingkopers tegen de aangekondigde maatregel dat de provisie van de
veilinghouders van 10 procent tot 12,5 procent van de veilingprijs verhoogd zou
worden. De directie van het Vendu-huis motiveerde
deze maatregel door te wijzen op andere steden waar zelfs vijftien procent
wordt geheven. Bovendien waren de sociale lasten en de bijkomende kosten in
verhouding veel sterker gestegen dan de provicieprocenten.
Op
verzoek van de bond der kooplieden was de maatregel, die door de drie grote
Venduhuizen in R’dam en Schiedam gezamenlijk was
genomen, een maand uitgesteld om de zaken te bespreken. Daar de
onderhandelingen op niets waren uitgelopen en het verzoek van de kooplieden om het percentage alleen
voor particulieren op vijftien procent te brengen was afgewezen, beslisten de
veilingkopers vandaag een sit-down staking te
beginnen, die zij voort willen zetten tot de besprekingen worden hervat.
Van
de zijde der directie deelde men ons mede, dat zij niet voornemens is nieuwe
besprekingen te gaan voeren en dat zij voorts in kort geding bij de rechtbank
wil laten beslissen of de kooplui, door hun houding in de veilingzaal, de
goedwillende kooplieden en particulieren geïntimideerd hebben en daardoor het Vendu-huis financiële schade hebben berokkend.
Rotterdams
Nieuwsblad, 30-6-1949
Vanochtend
heeft de president van de rechtbank, mr H. de Bie, uitspraak gedaan in het kort-geding
tussen de directies van enige veilingfirma’s en een aantal kooplieden, die op
de veiling plachten te kopen.
De
oorzaak was de verhoging van de veilingprovisie van 10 tot 12,5%.
De
kooplieden hadden met deze verhoging geen genoegen genomen en hadden een actie
ontketend tegen de veilingdirecties. Zij hebben o.a. pamfletten verspreid,
waarin te lezen was, dat zij het publiek ervan in kennis stelden, dat zij niet
meer op de veiling kochten. Naar aanleiding daarvan hebben de veilingdirecties
een kort-geding voor de president van de rechtbank
aanhangig gemaakt.
De
president heeft vanochtend schriftelijk vonnis gewezen. De veilingdirecties
heeft hij in het gelijk gesteld en de kooplieden zijn veroordeeld in de kosten
van het geding met de bepaling, dat zij voor elke daad van actie, die zij tegen
de veilingdirecties zullen ondernemen, bedoeld de veiling te belemmeren of
kopers te intimideren, f. 100 zullen hebben te betalen.
Voor
de veilingdirecties trad op mr A. Bluwé
van Oud-Alblas en voor de kooplieden mr A. Janssen.
Rotterdams
Nieuwsblad, 7-7-1949
Venduhuis contra veiling-kooplieden
in kort geding
De president van de
Arrondissementsrechtbank te Rotterdam heeft uitspraak gedaan in het kort geding
tussen het venduhuis van Marie, de Sille en Baan en
'n 8-tal veilingkooplieden, die enige weken geleden uit protest tegen de
verhoging van de veilingprovisie een actie tegen de veilingen in dit venduhuis
ontketenden. De gedaagden is het verbod opgelegd om briefjes te verspreiden.
Zij mogen anderen in het bieden op veilingen niet belemmeren. De gedaagden zijn
voorts veroordeeld tot betaling van de-kosten van het
geding.-Ten slotte is een dwangsom van honderd gulden per hoofd opgelegd voor ledere keer, dat een veiling wordt belemmerd. Deze
uitspraak stelt vast, dat het ieder vrij staat de veilingen te bezoeken, of er
gekocht wordt of niet. Het feit, dat de kooplieden het publiek terug hielden
van het kopen, door het verspreiden van briefjes of-het
uiten van bedreigingen, wordt ernstig geacht.
Het Vrije Volk, 7-7-1949
Naar wij vernemen is gisteren tijdens besprekingen van de
Bond van Veilingkooplieden te Scheveningen het besluit genomen een veiling op
coöperatieve basis te Rotterdam op te richten. Als gebouw, waar deze veiling
zal worden gehouden, werd genoemd Metropole aan de
Kruiskade.
Rotterdams
Nieuwsblad, 15-7-1949
KIJKDAG IN ROTTERDAM
Mevrouw liet na: 175 gewaden, 55 paar schoenen, 50 avondtasjes,
100 bontmantels, 17 peignoirs en 12 paar kniewarmers.
„Kijkdag" staat op een bord voor het statige
herenhuis aan de Heemraadsingel 196. Het is het veilinggebouw van Van Marie, de Sille en Baan, en
als we naar binnen gaan, horen we een dof geroezemoes in de twee zalen van het
gebouw. Een steeds aangroeiende rij kijklustigen
verdringt zich voor de garderobe van mevr. J. Sandberg—Hooft Graafland,
die onlangs is overleden en wier uitgebreide collectie toiletten publiekelijk
geveild zal worden. Het is één en al schittering van de prachtigste gewaden en
de kostbaarste japonnen, die thans in grote hoeveelheden bij elkaar in de
rekken hangen en op de tafels zijn uitgestald. Maar onze gedachten zijn bitter.
We denken aan het gezin van die D.U.W.-arbeider uit Emmen; die elke Vrijdag 35
harde guldens in zijn loonzakje krijgt, waarvan hij 10 monden te eten moet
geven. We denken aan de slopende strijd van 'die tienduizenden huisvrouwen, die
elke dag weer opnieuw' vechten tegen de armoede in hun gezin, die de
schoenmaker moeten overslaan en in vredesnaam die oude japon nog maar eens
oplappen, omdat er geen geld voor een nieuwe is. We móéten
hieraan denken, omdat' deze vrouw, die tijdens haar leven hofdame was, voor
zichzelf alleen al de beschikking had over 115 japonnen, 'die hier voor
iedereen te zien zijn. Zijde, fluweel, velours-chiffón,
Brussels kant, de ene stof is nog glanzender dan de
andere en uit de ingenaaide merken blijkt, dat de eerste Nederlandse en
buitenlandse modehuizen ze vervaardigd hebben. Deze vrouw beschikte over 55
paar schoenen, tientallen paren pantoffels, 80 shawls en 50 avondtasjes om mee
uit ie gaan. Misschien woonden niet ver van haar weelderige woning in Baarn
arbeiders, die op de klompen van hun kind een stukje blik spijkerden, omdat het
met die gaten in de klompen niet langer naar school kon. Maar in het grijze
koele licht van de grote vensters aan de Heemraadssingel prijken thans nog in
al hun glorie bijna 100 bontjassen, mantels en kostbare bontwerken, die stuk
voor stuk een vermogen waard zijn. Wellicht heeft een arbeider, die mevr.
Sandberg wel eens voorbij zag gaan, wel een jaar lang moeten werken om het
bedrag bij elkaar te krijgen, dat nodig was voor een van haar mantels. Een
enorme hoeveelheid lingerie en ondergoed, peignoirs, 30 tassen, 150 paar
kousen, het is te veel om op te noemen, wat zich allemaal opstapelt in het
veilinggebouw. De prachtige hoeden met de kostbare veren worden nu achteloos in
de handen genomen door opkopers en kooplieden, die zich afvragen wat zon hoofddeksel
wel zal opbrengen. „Misschien wel een gulden of dertig", meent er een.
Stapels waaiers, 12 paar kniewarmers (die hadden we nooit eerder gezien) en dan
nog steeds meer shawls, blouses en alle andere mogelijke kledingstukken. Op de
tweede verdieping konden we de bibliotheek van wijlen mevr. Sandberg bekijken.
Ruim vierduizend delen, waaronder veel bijbelse
lectuur en geschriften over her koninklijk huis. Maar ook honderden en nog eens
honderden romans, die gloednieuw zijn en waarschijnlijk nooit gelezen werden.
leder mens, die gezond verstand heeft, vraagt zich verbijsterd af, hoe lang nog
mensen in deze waanzinnige weelde kunnen baden, terwijl anderen in de diepste
ellende verkeren.
De
Waarheid, 28-1-1950
125-Jarige
veilingmeesters recipieerden
Een prachtig
gebeeldhouwde Vlaamse kast, kostbare schilderijen, een glazen kast met kunstig
gesneden ivoor, fraaie tapijten en voorname gobelin-stoelen
en een schat aan bloemstukken sierden de grote suite van het pand aan de
Heemraadsingel 168, waar de heer G.J. Baan en mevrouw Polis-Buscher
Zaterdagmiddag recipieerden ter gelegenheid van het 125-jarig bestaan van het
veilingbedrijf Van Marle, de Stille en Baan. In deze
entourage had de receptie, die door talrijke relaties, advocaten, notarissen,
kunsthandelaren en veilingkooplieden werd bezocht, een bijzonder gezellig
karakter. O.m. gaven van hun belangstelling blijk de heer Schaap van de
Inspectie der domeinen, de heer Verhagen, wnd. Controleur van de Waarborg en de
heer Melles, van de Gem. Crediet
en Voorschotbank. De beide firmanten ontvangen enkele mooie geschenken en tal
van telegrafische en schriftelijke felicitaties. In de morgenuren had het
personeel gebrandschilderde glas-in-lood ramen
aangeboden voor de trappenhal.
Rotterdams
Nieuwsblad, 20-3-1950