V e r g a d e r
i n g v a n D o n d e r d a g 8 D e c.
Voorzitter mr. A. R. Zimmerman, burgemeester.
De voorzitter opent ruim 2 uur de vergadering.
De notulen van de vorige vergadering worden
onveranderd vastgesteld.
De VOORZITTER doet mededeling van de reeds in
dit blad vermelde, ingekomen stukken.
Naar aanleiding van de schenkingen van de heren Van der Schilden en Schmidt Degener, merkt de voorzitter op dat de heer van der Schilden met deze schenking de kroon op alles wat hij reeds gedaan heeft. Op 3 September 1911 kon spr. er melding van maken dat de heer Van der Schilden de geheele inrichting en meubilering van de bestuurskamer in het museum Boymans aan de gemeente aanbood. Thans schenkt hij een collectie Delftsch aardewerk, Chineesch en Japansch porcelein en een groot aantal andere kunstvoorwerpen benevens oude en moderne schilderijen. Dit is waarlijk een vorstelijke schenking, die het kunstbezit van de gemeente verrijkt met een collectie waarop wij trotsch mogen zijn. De Tweede schenking, die van de afgetreden directeur, den heer Schmist Degener, is eveneens van zeer sympathieken aard. De heer Schmidt Degener schenkt 3 schone kunstvoorwerpen en verrijkt daarmee in belangrijke mate het bezit van het museum, waaraan hij zoveel arbeid heeft gegeven en waaraan zijn naam onafscheidelijk verbonden zal blijven. Spr stelt voor, om de beide schenkers warme erkentelijkheid te betuigen (Instemming).
(…)
NRC, 8-12-1921
J. P. VAN DER SCHILDEN +
Gisteren overleed de heer J. P. van der Schilden, Heemraadssingel alhier, de verzamelaar en kunstvriend in onze stad. Bijna 20 jaar was hij penningmeester van de Commissie voor het Museum Boymans. Zijn liefde voor Boymans bleek het duidelijks in 1921, toen hij even voor het aftreden van den heer Schmidt Degener, den gehele inhoud van de Bestuurskamer van het Museum, bestaande uit een keurcollectie blauw en gepolychroneerd Delftsch aardewerk en Chinees porcelein, benevens een aantal schilderijen en tekeningen het Museum schonk. In 1924 werd door stadsgenoten zijn portret, door W. B. Tholen, het Museum aangeboden. Tevens werd hij toen tot erelid der Academie van Beeldende Kunsten en Technische Wetenschappen alhier benoemd, waarvan hij zoovele jaren lid der commissie was geweest, en altijd onvermoeid de bijzondere tentoonstellingen tot stand wist te brengen.
De Maasbode, 22-9-1925
De heer J. P.
van der Schilden heeft de gemeente Rotterdam tot eenige erfgenaam zijner
nalatenschap gemaakt, uitsluitend ten behoeve van het museum Boymans.
Van de executeuren in de nalatenschap van den
heer J. P. van der Schilden, op 21 September j.l. in Rotterdam overleden en
zoals bekend, bij zijn leven bij voortduring een warm vriend van het Museum
Boymans, hebben burgemeester en wethouders van Rotterdam de belangrijke
mededeling gedaan, dat de heer Van der Schilden de gemeente tot eenige
erfgenaam zijner nalatenschap heeft gemaakt, uitsluitend ten behoeve van het Museum
Boymans.
Uit de nalatenschap zullen enkele legaten
moeten worden voldaan, terwijl zij verder nog met eenige uitkeringen wegens
vruchtgebruik is belast. Na aftrek van een en ander zal een belangrijk bedrag
jaarlijks uitsluitend voor verrijking van de verzameling kunnen worden aangewend.
Onder overlegging van het schrijven van
executeuren en van een lijst van kunstwerken, waarmede het Museum Boymans zal
worden verrijkt, stellen burgmeester en wethouders voor, tot aanvaarding van de
nalatenschap, zomede van het aan het M u
s e u m v a n O u d h e d e n gemaakte legaat, bestaande uit a n t i e k e m e u b e l e
n, enz, te besluiten.
NRC, 7-11-1925