Raamkunst laat mensen naar binnen kijken

Rotterdam  - Honderd jaar bestaat de Heemraadssingel en dat wordt gevierd met een raamkunsttentoonstelling. Achter de ramen van zo'n honderd huizen en bedrijfspanden in de Heemraadssingel en de Mathenesserlaan zijn de werken van Rotterdamse beeldende kunstenaars te zien.

Maar niet alleen werk van kunstenaars staat in de vensterbanken. Bewoners laten ook eigen werk zien. Zo heeft bijvoorbeeld Hans Kombrink, wethouder kunstzaken, drie schilderijtjes en twee beelden achter zijn raam uitgestald.

Een wandeling door de twee statige straten levert een geheel ander beeld op van dit oude gedeelte van Rotterdam. De strakke gevels krijgen door de kunst in de ramen een andere uitstraling. Mensen die langs wandelen blijven stilstaan voor de ramen, kijken naar het kunstwerk en kunnen ook meteen op een bijhorend kaartje zien waar ze naar kijken. Dat vond ook burgemeester Opstelten - die gisteren de tentoonstelling opende - de charme van Raamkunst. ,,Het biedt de mogelijkheid om bij de mensen naar binnen te kijken en dat wordt nu ook nog eens op prijs gesteld.''

Raamkunst 2000 is als tentoonstelling opgezet door de Stichting Boulevard. Dit is de belangenvereniging van de Heemraadssingel, de Mathenesserlaan en het Heemraadsplein. Samen met de galeries Duo Duo en IO is de kunst achter de ramen van de woningen gekomen.

De echte 'kick-off' van de tentoonstelling zou gisteren een openluchttekenles zijn in het Heemraadspark, maar de storm en regen verhinderden dat. De openingshandeling en de tekenles hadden daardoor plaats in een volgestouwd Galerie Duo Duo.

De tentoonstelling is tot en met 12 juni te zien in de ramen van panden aan de Mathenesserlaan en de Heemraadssingel.

 

Rotterdams Dagblad, 29-5-2000

 

Enkele kunstwerken vallen in de toon

door Karin Voogd

ROTTERDAM - De Heemraadssingel en de Mathenesserlaan, twee straten die ondanks de statige sfeer van weleer hun portie grootstedelijke problematiek hebben. Berovingen komen er regelmatig voor. Overlast van drugsverslaafden, prostitutie, de meervoudige moord vorig jaar, het gebeurde en gebeurt. De Mathenesserlaan kent niet alleen draagkrachtige bewoners, maar ook een kindertehuis, noodopvang en een daklozenproject. Toch is het ruige leven van de twee straten niet terug te vinden op de tentoonstelling Raamkunst die de stichting Boulevard met assistentie van de galeries Io en Duo Duo organiseerde. Meer dan zestig kunstenaars exposeren hun werk achter de ramen van panden aan beide straten. Het honderdjarig bestaan van de Heemraadssingel is de aanleiding.
In de tentoonstelling ontmoeten verschillende kunstenaarsculturen elkaar, maar kunstenaars die zich op nijpende sociale problemen richten - tamelijk gebruikelijk in de eigentijdse kunst - zijn er nauwelijks. Veel deelnemende kunstenaars houden een traditionele opvatting van kunst hoog. Voor hen is kunst bovenal de uitdrukking van de persoonlijke gedachte. De witte muren van de galerie worden hier en daar node gemist; waar voorheen de bezoeker naar elk werk afzonderlijk keek, telt een bezoeker van nu de omgeving waar een kunstwerk in is geplaatst mee. Hij ziet de gevel, de weerspiegelingen in het glas, het gouden naambord van de advocaat, de tuttige vitrage en daar tussen in hangt dan ook nog een schilderijtje.
De kunstenaars die hebben weten te spelen met de omgeving, blijven in zo'n presentatie overeind. Tegenover het pandje van Photo Jean Korff heeft Diederik Klomberg portretten gehangen. Dat wil zeggen het zijn meerdere portretten in een. Wanneer je langs wandelt verschijnen als gevolg van een reliëfwerking achtereenvolgens drie verschillende hoofden. De weerspiegelingen van de dikke ruiten die bij sommige werken hinderlijk zijn, is hij door deze techniek te gebruiken de baas.
0p maandag schijnt de zon door het groene bladerdak van de platanen. Het gebruik van dezelfde bladgroenkleur zet de aquarel Chimpanseepark van Michiel de Kort als het juiste werk op de juiste plaats.
Dat geldt eveneens voor de opwaaiende vitrage en tafelkleed van een groot schilderij van Dora Dollz. Ellen Boswijk hangt in de ramen van Galerie Io een rudimentaire vitrage, bestaande uit een twintigtal witte touwen. Het werk van Lineke Slabbekoorn, met titels als 'Voor ziel en zäligheid', doen door de techniek denken aan jugendstiltableaus. Ze gebruikt onder andere bronzen vlinders en bladeren voor reliëf in parelmoerkleuren.
Daniëlle van der Schans hangt olieverfschilderijen met kleurige vlakjes die aan glas in lood herinneren precies passend in een erker aan de Heemraadssingel. In de ramen van de praktijk van huisarts Verhoeff heeft Levien Willemse twee foto's, gemaakt in een Albanees ziekenhuis, opgehangen. Op een ervan een vrouw in traditionele kleding. De sitiatie is vreemd herkenbaar wanneer twee vrouwen aan komen wandelen in vergelijkbare gewaden.
Het meest direct is de bijdrage van Marieke van der Lippe die luid en duidelijk haar betrokkenheid bij de besognes van een zijstraat van de Heemraadsingel. de Volmarijnstraat, kenbaar maakt. laat de Volmarijnstraat een heel ander soort bewoner heeft dan de twee herenstraten mag duidelijk zijn. Van der Lippe gaat met speels gemak om met hoge en lage cultuur, zo blijkt uit haar brief aan wethouder Meijer, waar in zij pleit voor het behoud van lage huren in haar straat op, grond van het ingewikkelde minority-standpunt van filosoof Guattari.
Genoemde kunstwerken zijn goed op hun plek. De makers hebben de context van de straten aangevoeld en erop ingespeeld. Dat geldt niet voor een heleboel andere werken die er op deze plek kwetsbaar uitzien. Hartekreten zijn het, waarvan sommige te klein, en andere te hoog hangen om goed te kunnen worden bekeken. Het zijn berichten uit een andere wereld, van vakantie, haventjes.
Hier en daar zien we het leven verbeeld dat je verwacht van bewoners van de Heemraadsingel, zoals de viool spelende jongen van Harrie van der Woerd, een meisje in ballettenue, en de schemerige foto's van Rob Klaassen. Maar ook wel in de wereldvreemde voorstellingen van Jeanette van der Kleij, van wie de theosofisch aandoende, vloeiende kleuren lijken te komen uit een kunstenaarsgeest die zich niets aantrekt van huidige mode's of contexten.
De tentoonstelling werd - vanwege het slechte weer binnen - geopend door burgemeester Opstelten die, door vooraf aangegeven puntjes op een doek te verbinden, een ijl zelfportret tot stand bracht.

Opstelten opent Raamkunst

Opstelten construeert een ijl zelfportret, foto David Rozin

Havenloods, 1 juni 2000

Heel Rotterdam één grote raamkunst-expositie

Door Herman Moscoviter

 

Mijn museum was afgelopen weken enkele kilometers lang. Ik fietste er doorheen. Soms kneep ik in de remmen en stapte af bij een schilderij of beeldhouwwerk dat door zijn materiaalgebruik of expressie mijn aandacht trok. Ik las de naam van de kunstenaar, de titel, dronk het beeld met teugen op en fietste weer verder. Een enkele keer wendde ik gegeneerd mijn hoofd af als ik langs kunstwerken freewheelde die mijn geestelijke smaakpapillen deden schrijnen. Ik hoopte dan dat de volgende werken alles in schoonheid zouden overtreffen. Af en toe was dat ook zo.

Zijn dat dagdromen? Fietsen door een gratis museum van enkele kilometers lengte met zoveel uiteenlopende kunst? Nee, het is geen droom, maar realiteit. 'Raamkunst' heet het en het is tot en met Pinksteren te zien langs de Heemraadssingel en de Mathenesserlaan.

Bewoners van huizen op de begane grond hebben achter hun ramen kunstvoorwerpen opgehangen en uitgestald. Een beetje veel schilderijen, foto's en collages, een beetje weinig beeldhouwwerken. Kennelijk krijgen mensen bij de tweedimensionaliteit van het venster de neiging daar ook tweedimensionaal op te reageren.

Raamkunst is niet louter een doorsnede van de smaak van deze Rotterdammers. Slechts een kleine groep heeft eigen werken tentoongesteld. De meesten kregen werk geleverd via een galerie. Een huisarts bijvoorbeeld foto's van een ziekenhuis; iemand met glas-in-loodraampjes kleine schilderijtjes die daar precies achter pasten.

Het is een expositie ongeveer als ooit in de etalages van winkels langs de Nieuwe Binnenweg, waarbij het Centrum voor Beeldende Kunst met zijn collectie niet langer een eenzame uitzondering vormde, maar opeens een logisch onderdeel van een gratis en openbare kunstroute werd. En ook de Provenierssingel heeft raamkunst laten zien.

Het kunstje is dus al eerder vertoond. Wat niets afdoet aan de waarde. Nu eens geen bewoners die ergens tegen in opstand komen, die mekkeren tegen de gemeente over nalatigheid, slechte dit-of-dat of zwerfvuil, maar (dezelfde) bewoners die een meerwaarde aan hun stad geven door een expositie te organiseren.

Wetend hoeveel liefdewerk-oud-papier hieraan te pas komt en hoeveel kosten men maakt, had de Stichting Boulevard subsidie aangevraagd. Hoewel de deelgemeente Delfshaven er geen budget voor had, werd er toch geld gegeven. Ook Volkskracht tastte in de buidel. De Rotterdamse Kunststichting zei nee tegen een bijdrage aan Raamkunst. Men vond het 'een sympathiek initiatief', maar was van mening dat 'met de huidige opzet noch het beoogde sociale doel, noch het artistieke doel wordt bereikt'. Met deze dooddoener vertelde de RKS dat het een tandje minder kon. Terwijl de Stichting Boulevard het minimum liet subsidiëren: een affiche, een banier aan het huis van elke 'exposant', het verzekeren van de kunstwerken en een kleine beloning in de vorm van 'hanggeld' voor de kunstenaars. Het was de RKS te veel.

In plaats van het privé-initiatief te belonen met een kleine bijdrage, werd er geneuzeld over de wijze waarop de Stichting Boulevard dit had geregeld; professioneler dan de RKS dat wilde. In plaats van zo klein te denken had de RKS ook groter kunnen denken en door het initiatief te belonen en zodoende andere straatcomités enthousiast te maken het idee over te nemen. Misschien had de RKS het initiatief moeten promoveren en het stadsbreed (laten) organiseren.

Met die moraal kom ik vanzelf bij de conclusie. Hier ligt natuurlijk de basis voor een activiteit tijdens Rotterdam 2001 Culturele Hoofdstad van Europa. Alle bewoners stallen kunst achter de ramen uit. Door henzelf gemaakt of verworven kunst, dan wel kunst die ze te leen krijgen via kunstenaars of galeries. En dan duurt het niet twee weken, maar een jaar lang. Niet steeds dezelfde werken, maar wisselend, zodat je gedwongen bent iedere keer weer verrast, verbaasd, vertederd of geschokt om je heen te kijken naar dit openbaar kunstbezit in de meeste letterlijke zin van het woord. Rotterdam als grootste en levendigste raamkunst-expositie. Niet alleen in 2001, maar ook daarna.

RKS, maak iets goed en pak die mogelijkheid

 

Rotterdams Nieuwsblad, 7-6-2000